Skip to main content
Glossary
- teratoma = wondergezwel
- PGC = primordial germ cel = primordiale kiemcellen
- polyandrie: gemeenschap met meerdere mannen op korte tijd
- orchidometer: meet grootte testes
Gametogenese
- twee soorten cellen
- somatische cellen
- gameten = geslachtscellen = kiemcellen
- week 2
- kiemcellijn
- uit epiblast
- migreren naar wand dooierzak
- vroeg om aantal mutaties te beperken
- totipotentie bewaren, geen differentiatie
- week 4-6
- migratie PGC naar geslachtsplooien
- = gonadale plooien
- voorloper geslachtsklieren = gonaden
- dorsale wand op T10

- na 6 weken

- gonaden produceren geslachtsstrengen (sex chords)
- geslachtsverschillen
- vrouwen
- corticale geslachtsstrengen -> follikelcellen
- mannen
- o.i.v. SRY gen op Y chromosoom
- medullaire cellen -> Sertoli, Leydig cellen
- pathologie: teratoma = wondergezwel
- fout tijdens migratie PGCs
- uit eicel
- sacrococcygeale regio uit eminentia caudalis
- celcyclus

- terminologie
- ploidie
- haploid: 1x23 chromosomen
- diploid: 2x23 chromosomen
- triploid
- polyploid
- N-nummer = C-nummer
- aantal chromatiden
- 1 of 2 per chromosoom
- 2 of 4 per chromosomenpaar
- fasen
- G1
- S: synthese
- chromatiden per chromosoom: 1 -> 2
- N-nummer: 2 -> 4
- G2
- M: mitose
- chromatiden per chromosoom: 2 -> 1
- N-nummer: 4 -> 2
- fasen
- profase
- prometafase
- metafase
- anafase
- telofase
- cytokinese
- (G0)
- meiose

- na S en G2 fase
- meiose I: reductiedeling
- diploid -> haploid
- N-nummer: 4 -> 2
- recombinatie via crossing-over
- scheiding homologe chromosomen
- meiose II
- haploid -> haploid
- N-nummer: 2 -> 1
- mitose zonder voorgaande S fase
- scheiding chromatiden per chromosoom
- gametogenese
- vormverandering (zie morfologie)
- man vs vrouw
- begin
- man: puberteit
- vrouw: foetus
- verloop
- man: continu
- vrouw: cyclisch
- aantal
- man: 4 zaadcellen
- vrouw: 1 eicel + 3 poollichaampjes
- plaats
- man: testes
- vrouw: bevruchting buiten ovarium
- vorm
- man: metamorfose
- vrouw: beperkt
Spermatogenese

- vooral vanaf puberteit
- duur: ~64 dagen
- verloop
- PGC
- spermatogonium A
- spermatogonium B
- primaire spermatocyt -> meioise I
- secundaire spermatocyt -> meioise II
- spermatide
- morfologie
- spermiogenese: spermatide -> zaadcel
- kop
- haploide kern
- Golgi -> acrosoom
- bevat enzymen
- functie: penetratie zona pellucida
- middenstuk
- staart = flagellum
- verdere rijping (capacitatie) in vrouwelijke tractus
- overleeft 72u na ejaculatie
- zaadlozing: 300 000 000 zaadcellen
- polyandrie ~ testis volume
Oogenese

- prenataal vs postnataal
- verloop
- PGC
- oogonium
- vanaf 3 maanden
- atresie = apoptose
- of transformatie
- primaire oocyt -> meiose I
- stopt in profase I tot ovulatie
- dictiotene fase
- secundaire oocyt -> meiose II
- stopt in metafase II tot bevruchting
- definitieve oocyt = zygote
-

- foetus van 6 maanden: 6 000 000
- geboorte: 600 000
- puberteit: 400 000
- menopauze: 0
- overleeft 24u na ovulatie
- functie menopauze
Embryo
Algemene embryologie










Week 1
- bevruchting
- beweging sperma
- op lange afstanden: thermotaxis
- op korte afstanden: chemotaxis
- fusie
- door cumulus oophorus
- binden aan zona pellucida (ZP3 molecules = proteoglycaan)
- acrosoom reactie: enzymes breken zona pellucida af
- vorming zygote
- bescherming tegen polyspermie
- snel maar tijdelijk: depolarisatie
- traag maar langdurig: corticale reactie
- meiose II afwerken
- klievingsdelingen (totaal volume constant in zona pellucida)
- dag 1: 2 cellen
- dag 2: 4 cellen
- dag 3: 8 cellen
- compactie
- microvilli
- tight junctions
- differentiatie
- genoomactivering
- dag 4: 32 cellen = morula
- dag 5: blastocyst
- hatching: breekt uit zona pellucida
- voorwaarde voor implantatie
- ectopische implantatie voorkomen
- twee celtypes
- trofoblast
- embryoblast (~= 1 kiemblad)
- blastocystholte
- vocht
- osmose (Na+ pompen)

- implantatie
- in zwanger endometrium = decidua
- meestal tussen dag 8-10
- later -> meer kans op miskraam
- trofoblast
- produceert hCG (~= LH)
- zwangerschapstest
- corpus luteum in stand houden -> corpus luteum gravidarum (i.p.v. albicans)
- datering
- verloskunde: post-menstruele leeftijd (PML)
- tel vanaf 1e dag laatste regels
- zwangerschap = 280 dagen = 40 weken
- opm.: cyclus varieert in lengte, vooral eerste deel tot ovulatie
- embryologie: tel vanaf bevruchting
- zwangerschap = 266 dagen = 38 weken
Week 2

- regel van twee
- embryoblast: 2 kiembladen
- epiblast
- (basaal membraan ertussen)
- hypoblast
- dichtst bij blastocystholte / dooierzak
- trofoblast
- cytotrofoblast
- syncytiotrofoblast
- blastocystholte -> dooierzak
- stap 1: migratie hypoblastcellen naar binnenkant trofoblast
- stap 2: definitieve dooierzak
- twee nieuwe holtes
- amniosholte
- bevat vruchtwater
- bescherming
- geen uitdroging
- beweging
- evenwicht
- urineproductie
- drinken
- pathologie: oligohydramnios (Potter sequence)
- pathologie: polyhydramnios
- chorionholte
- onderdeel placenta
- stap 1: extra-embryonair reticulum (EER) (oranje)
- losmazig bindweefsel
- tussen cytotrofoblast en dooierzakcellen
- stap 2: migratie uit epiblast
- extra-embryonair mesoderm (EEM)
- twee lagen: binnen en buitenkant EER
- visceraal blad: tegen dooierzak en amnionholte
- parietaal blad: tegen cytotrofoblast
- EER verdwijnt en maakt plaats voor chorionholte
- behalve: hechtsteel
- verbinding visceraal en parietaal blad
- voorloper navelstreng

- vorming placenta
- lacunaire fase
- lacunes in syncytiotrofoblast
- invasie maternale bloedvaten
- villi
- primaire stamvilli: uitlopers cytotrofoblast
- secundaire stamvilli: ook uitlopers EEM
- tertiaire stamvilli: ook bloedvaten
- later: vertakkingen
- overblijvende villi vormen placenta
- cytotrofoblasten -> endotheelcellen
- chorion = trofoblast + EEM
- dag 15: bloeding mogelijk wegens implantatie
- wordt soms verward met laatste menstruatie
- gevolg: foute geboortedatum (1 maand te laat)


Week 3
- ovaalvormig
- buccopharyngeale membraan
- opent in week 4
- wordt mond
- primitiefstreep (caudaal)
- cloacmembraan
- gastrulatie: 3 kiembladen
- hypoblast -> endoderm (ventraal)
- (intra-embryonair) mesoderm (IEM)
- migrerende epiblastcellen in primitiefstreep
- merk op
- week 2: epiblast -> EEM
- week 3: epiblast -> IEM
- epiblast -> ectoderm (dorsaal)

- notochord
- cf. phylum/stam Chordata
- functie
- steun
- inductie: signaalstoffen
- craniaal daarvan: prechordale plaat
- restant: nucleus pulposus
- primitiefstreep -> eminentia caudalis
- zakt tot niveau mesoderm
- vormt
- caudale somieten
- caudale deel neurale buis

Mesoderm



- paraxiaal mesoderm
- somieten
- inductie door notochord
- aantal (cf. n. spinalis)
- 4 occipitaal
- 8 cervicaal
- 12 thoracaal
- 5 lumbaal
- 5 sacraal
- 8-10 -> 3 coccygeaal
- drie onderdelen
- sclerotoom
- axiaal skelet
- ventraal: wervellichaam
- dorsaal: wervelboog
- fusie links + rechts
- fusie bovenste + onderste helft
- atavisme: staart
- myotoom
- dermatoom
- intermediair mesoderm
- urogenitaal stelsel (nieren, ...)
- lateraal mesoderm
- vormt intra-embryonaire coeloomholte (IEC)
- continu met EEC = chorionholte
- na kromming
- abdominale holte
- pleuraholte
- pericardholte
- splanchnopleuraal mesoderm (tegen endoderm)
- mesotheel tegen ingewanden
- cardiovasculair stelsel
- somatopleuraal mesoderm (tegen ectoderm)
- dermis ledematen
- mesodermale structuren van de ledematen
- skelet
- pezen
- gewrichten
- niet: spieren
- binnenste laag van lichaamswand
- bindweefsel en pezen
- mesotheel tegen de lichaamswand
- cardiovasculair stelsel
- bloedvaten in EEM
- begin week 3
- vorming afgeplatte endotheelcellen
- eerste bloedvaten: visceraal EEM tegen dooierzak
- einde week 3
- BV in dooierzak, hechtsteel en tertiaire villi
- vormt eerste bloedcellen
- bloedvaten in IEM
- begint paar dagen later dan in EEM (wacht op mesoderm)
- in splanchnopleuraal mesoderm (tegen endoderm)
- craniaal en lateraal can buccopharyngeale membraan
- einde week 3
- endocardbuizen = voorlopers hart (na kromming)
- instroom (caudaal)
- vv. umbilicales (naar placenta)
- vv. vitellinae (naar dooierzak)
- uitstroom (craniaal)
- bocht naar dorsaal en caudaal
- kieuwboogarteries
- later: verbinding met EEM BV netwerk
- later: vorming hematopoietische stamcellen @ dorsale aorta
- na geboorte: normaal enkel hematopoiese in beenmerg





Ectoderm
- "hairless dogs have imperfect teeth"
- structuren
- epidermis (!= dermis)
- incl. nagels, haar, tanden, klieren, ...
- zenuwstelsel
- neurale plaat
- in week 3
- neurectoderm
- differentiatie o.i.v. notochord ("inductie")
- craniaal -> caudaal (cf. somieten)
- neurulatie: neurale plaat -> neurale buis
- in week 4, tijdens kromming
- twee tijdelijke openingen
- neuroporus anterior (craniaal)
- neuroporus posterior (caudaal, L2-S2)
- eminentia caudalis -> onderste deel neurale buis (onder S2)
- neurale lijst
- uit neurectoderm
- dorsolateraal van neurale buis
- migreren
- autonome bezenuwing darmen
- melanocyten
- uitstroombaan hart
- ...
- pathologie: neurocristopathies
- door verstoorde migratie
- DiGeorge syndroom
- Waardenburg syndroom (WS)
- "cats with blue eyes are invariably deaf"
- melanocyten: belangrijk voor pigment en voor gehoor
- pathologie: neurale buisdefecten
- verstoorde neurulatie
- spina bifida
- anencephaly



Week 4
Overlangse kromming
- septum transversum
- sluit craniale IEC holte af
- vormt later diaphragma
- hechtsteel
- aa. umbilicales
- vv. umbilicales
- allantois
- vormt later navelstreng
- ductus vitellinus
- nauwe steel richting dooierzak
- verbonden met endoderm
- verdwijnt later
- mogelijk restant: divertikel van Meckel






Dwarse kromming
- vorming drie lichaamsholtes
- pleuraholte
- pericardholte
- peritonelae holte
- uit 2x IEC
- somatopleuraal mesoderm (tegen ectoderm)
- splanchnopleuraal mesoderm (tegen endoderm)
- endoderm
- allantois en dooierzak apart
- allantois -> cloacmembraan
- ventraal van uitmonding GI tract
- vormt later blaas + urogenitale stelsel
- dooierzak -> dunne darm






- navelstreng
- omringd door amnionvlies
- ductus vitellinus + dooierzak
- allantois
- gedeelte in navelstreng verdwijnt
- aa. umbilicales
- vv. umbilicales
- fuseren later tot v. umbilicalis
Speciale embryologie
Foetus
- week 9 - dag 266
- groei: 8g -> 3500g
- maturatie
- maand 3
- oogonia -> primaire oocyt in profase I (tot 6m)
- atresie eicellen